Tim en Suzanne hebben nog even contact gelegd met
Nederland en om 11 uur zijn we vertrokken richting Las Vegas.
Het was een lange rit door de woestijn, met heel veel
wind, waardoor het soms moeilijk was om de camper op de weg te houden. Hoe
verder we reden, hoe droger het werd en hoe meer het op woestijn begon te
lijken. De omgeving was echt één grote dorre rotsachtige woestijnvlakte.
Van verre zagen wij, vanuit de woestijn, Las Vegas al
liggen. Het verbaasde ons dat de TomTom toen nog 30 km aan gaf tot Las Vegas,
maar uiteindelijk bleek het wel te kloppen. Het is echt een stad die uit de
woestijn gestampt is. Midden in de woestijn zie je opeens overal hoge gebouwen
en reclame borden. Zomaar. Uit het niets is er een mega-stad.
Onze camping is deze keer een grote asfaltvlakte achter
het hotel wereldberoemde Circus Circus. We hebben allemaal even siësta
gehouden, want het is buiten niet uit te houden. Gelukkig doet de airco in de
camper het prima. De thermometer geeft buiten ruim 40 graden aan. Daarna even
lekker afgekoeld in het zwembad.
’s Avonds even wat gegeten en toen de Strip op gegaan.
Het was donker en overal lichtjes en borden, een mooi gezicht. We zijn met de
bus richting een piratenshow gegaan bij Treasure Island. Het bleek
meer een zo-min-mogelijk-kleding-aan-hebben-show te zijn. Wel spectaculair. Daarna
zijn we naar The Venezian gegaan en naar de fonteinenshow bij het Bellagio.
Allemaal even indrukwekkend en bizar nep. Voor het vervoer maken we gebruik van
The Deuce, een soort hop-on-hop-off bus, waar je voor 7 dollar 24 uur lang kunt reizen langs the Strip. Tegen middernacht
zijn we allemaal op van de vele indrukken en gaan we slapen.
Een-zo-min-mogelijk-kleding-aan-hebben-show hahaha! Groetjes Soer
BeantwoordenVerwijderen